Navigeer naar content

Salaris & HR wijzigingen 2024

Prinsjesdag is hét startsein voor alle wijzigingen in de arbeidsmarkt voor 2024. De meest opvallende verandering is de introductie van het minimumuurloon. Vooral bedrijven met veel minimumloonwerkers gaan dit merken. Wij zetten de belangrijkste veranderingen voor je onder elkaar.

Alles horen wat voor jou als werkgever belangrijk is in 2024? In 50 minuten alles over loonkosten, pensioen, veranderingen in werken met zzp'ers en flexwerkers en meer.

Minimumuurloon 2024

Het minimumloon is tot nu toe gebaseerd op een maand met een 40-urige werkweek, dat teruggerekend werd naar een uurloon. Veel sectoren werken echter met 36- of 38-urige werkweken. Door het standaardiseren naar een minimumloon per uur, ongeacht het aantal werkuren, ontstaat een eerlijkere loonstructuur.

Eerder ontving iemand met een 36-urige werkweek dus meer per uur dan iemand met een 40-urige werkweek. Per 1 januari 2024 geldt hetzelfde minimumuurloon van €13,27 (€12,79 + 3,75% indexering) voor een 40-, 38- of 36-urige werkweek. Het uurloon van iemand met een 40-urige werkweek stijgt van € 11,51 naar € 13,27; een stijging van 15,29% (11,12% door het verschil tussen 36 en 40 uur, rest door een indexering van 3,75%). Het uurloon van iemand met een 38-urige werkweek stijgt van €12,12 naar €13,27; een stijging van 9,48%. Het uurloon van iemand in een 36-urige werkweek stijgt van € 12,79 naar €13,27; een stijging van 3,75%.

In Nederland verdienen 439.000 mensen het minimumloon. Voor bedrijven met veel minimumloonwerkers met een 40-urige werkweek, heeft deze stijging in loonkosten een gigantische impact. Daar bovenop is een verhoging van 1,2% voorgesteld per 1 juli 2024.  

Op basis van het minimumuurloon, de indexering en een voorgestelde verhoging van 1,2% per 1 juli, zullen ook cao’s en arbeidscontracten aangepast moeten worden. Zie voor meer informatie het kennisdocument wettelijke minimumuurloon 2024 van de overheid.

Op basis van het minimumuurloon zal ook de Wet arbeid en zorg (Wazo) worden aangepast op basis van een 36-urige werkweek. Voor 2024 stijgt het maximumpremieloon met 6,98% naar €71.628 - in lijn met de stijging van het minimumloon van 3,13% in juli 2023 en 3,75% per januari 2024. Het minimumdagloon is dan gelijk aan 1/262e van het maximumpremieloon, ofwel €274,44 euro.

 

Verhoging arbeidskorting 2024

Naast een indexering wordt in 2024 de arbeidskorting verhoogd met 10% tot een maximum van €5.553. Dit is voordelig voor medewerkers met een salaris tot €40.000. Boven een inkomen van € 39.898 bouwt de arbeidskorting af met 6,51%.

 

Loonbelasting 2024

Er is een kleine wijziging in de loonbelasting. Het tarief van de loonbelasting in de eerste schijf gaat van 36,93% naar 36,97%. Momenteel wordt dit percentage betaald over de eerste €73.031. In 2024 betaalt men dit over de eerste €75.518.

 

Werkgeverslasten 2024: premies & reserveringen

Een aantal werkgeverspremies en reserveringen zijn al bekend gemaakt voor 2024. Hier verandert niet veel in:

  • Awf/WW-premie blijft gelijk:

    • Laag: 2,64%

    • Hoog: 7,64%

  • De premie voor het Uitvoeringsfonds voor de overheid blijft gelijk met 0,68%.

  • Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) premie gaat omhoog:

    • Laag: van 5,82% naar 6,18%

    • Hoog: van 7,11% naar 7,49%

  • De Zorgverzekeringswet (ZVW) premie gaat omlaag van 6,68% naar 6,57%

  • De reservering voor vakantiegeld blijft gelijk:

    • Uitzendbasis (Flex) 8,33%

    • Payroll 8%

  • De reservering voor transitievergoeding blijft 2,78%.

  • De premie voor de Algemene Ouderdomswet (AOW) blijft gelijk op 17,9%.

  • De premie voor de Algemene nabestaandenwet is 0,1%.

De volgende wijzigingen worden nog bekend gemaakt:

  • Pensioen

  • Doorbetaling bij ziekte

  • Aanvulling ziektewet (allen Flex-Fase A)

  • Scholing

  • Sociaal Fonds

Werkkostenregeling (WKR) 2024

De vrije ruimte binnen de Werkkostenregeling, die tijdelijk was uitgebreid naar 3,0%, zal in 2024 veranderen naar 1.92% tot een loonsom van €400.000. Dit betekent minder flexibiliteit voor werkgevers om onbelaste vergoedingen aan hun medewerkers te bieden. Het percentage boven een loonsom van €400.000 is in 2024 1,18%, hetzelfde als in 2023. Dit betekent dat een werkgever €4.320 minder WKR budget heeft in 2024.

 

Verhoging reiskostenvergoeding 2024

De maximale belastingvrije reiskostenvergoeding stijgt van €0,21 naar €0,23 per zakelijke kilometer. Alles erboven moet belast worden als loon of ondergebracht worden in de vrije ruimte van de WKR als eindheffingsloon.

Door hybride werken, is het lastig om onderscheid te maken tussen privé een zakelijk OV-gebruik. Vanaf 2024 mag de OV-kaart altijd onbelast worden vergoed. Voorwaarde is dat de werknemer de OV-kaart gebruikt voor zakelijke reizen (waaronder woon-werkverkeer). De werkgever hoeft dan geen registratie van privé- en zakelijk gebruik meer bij te houden voor belastingvrijstelling.

 

Persoonlijke ontwikkeling: van STAP naar SLIM

Het STAP-budget, een subsidie voor (om)scholing van medewerkers, zal in 2024 worden afgeschaft. Het STAP-budget gaf medewerkers de mogelijkheid om per jaar €1000 opleidingsbudget aan te vragen, dit bood mogelijkheden voor medewerkers en werkgevers op het gebied van bij- en omscholing. Daar werd het echter niet alleen voor gebruikt.

€ 73,5 miljoen van het vrijgekomen STAP-budget wordt aangewend om het budget van de Stimuleringsregeling voor leren en ontwikkelen in mkb-ondernemingen (SLIM) te verhogen, die zich ook gaat richten op individuele burgers. Via de SLIM-regeling kunnen werkgevers maximaal € 25.000 subsidie aanvragen voor activiteiten op het gebied van opleiding en ontwikkeling van werknemers.

Zelfstandigen 2024: minimum uurtarief van €32,24

Om schijnzelfstandigheid tegen te gaan, is in de ministerraad besloten te starten met een wetsvoorstel inzake verduidelijking van het onderscheid werknemers / zelfstandigen. Er worden drie criteria gehanteerd in dit voorstel:

Zzp criteria

  1. Werkinhoudelijke aansturing: geeft de werkgever aansturing en controleert deze de werkzaamheden? Dan is er sprake van een werknemer en niet van een zzp'er.

  2. De werkzaamheden of werknemer is ingebed in de organisatie. Ofwel: doet de zelfstandige hetzelfde werk als als werknemers? Dan is het een werknemer en geen zzp'er.

  3. Werken voor eigen rekening en risico: wanneer de zzp’er alle winsten zelf kan behouden maar ook alle financiële risico’s loopt in een opdracht, werkt deze als zzp’er en niet als werknemer – ondanks dat er misschien sprake is van aansturing of inbedding.

Bovendien wordt er een minimum uurtarief van €32,24 geïntroduceerd om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Denk bijvoorbeeld aan bezorgers die nu €15 per uur verdienen als zelfstandige.

Zelfstandigen 2024: verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering

In het voorjaar van 2024 komt er een wetsvoorstel in de Tweede Kamer die een verplichte verzekering voor zelfstandige ondernemer (inclusief zzp’ers) afdwingt, zodat zelfstandigen beter beschermd zijn bij ziekte en arbeidsongeschiktheid.

Zelfstandigen 2024: wijzigingen

Voor een gelijkwaardig speelveld tussen werknemer en zelfstandigen, wordt de zelfstandigenaftrek verder verlaagd naar €3.750.

Daarnaast krijgen zelfstandigen, met een aantal van maar liefst 1,2 miljoen in Nederland, een eigen plaats binnen de Sociaal Economische Raad – het adviesorgaan voor de overheid over sociaal-economisch beleid.

 

Toekomstige arbeidswetswijzigingen 2024

  • Wet meer zekerheid flexwerkers

    Het voorstel voor de Wet meer zekerheid flexwerkers bevat onder meer de volgende maatregelen:

    1. Nulurencontracten worden afgeschaft. Daarvoor in de plaats komt er een mogelijkheid voor een basiscontract met een minimumaantal uur waarvoor de werkgever de werknemer moet inroosteren. Scholieren en studenten met een bijbaan mogen wel op oproepbasis blijven werken.

    2. Een werknemer moet vijf jaar uit dienst zijn voordat de werkgever hem opnieuw in tijdelijke dienst kan nemen. Voor scholieren en studenten met een bijbaan blijft de tussenpoos wel zes maanden en ook voor seizoensarbeid blijven aparte regels mogelijk.

    3. Het totaal aan arbeidsvoorwaarden moet voor uitzendkrachten en werknemers van de inlener met hetzelfde werk gelijkwaardig aan elkaar zijn.

  • Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie

    Een aanpassing in de Arbowet en Wet allocatie arbeidskrachten intermediairs (Waadi) verplicht alle werkgevers om een werkwijze te hebben die gericht is op het voorkomen van discriminatie bij de werving en selectie van werknemers. Bij meer dan 25 werknemers moet dit schriftelijk door de werkgever vastgelegd worden. Dit geldt ook voor intermediairs. Onderdeel hiervan is de zogenaamde ‘vergewisplicht’, waarbij de werkgever of intermediair zich moet weten of de manier waarop iemand of een systeem werft en selecteert niet kan leiden tot arbeidsmarktdiscriminatie. Voor intermediairs geldt een meldplicht bij discriminerende verzoeken. Het nieuwe kabinet zal dit wetsvoorstel behandelen en mogelijk medio 2024 invoeren.

  • Wet toekomst pensioenen

    Deze wet is sinds 1 juli 2023 in werking getreden en zal komende jaren tot wijzigingen leiden. Er blijft een gezamenlijke pensioenopbouw waarbij financiële risico’s met elkaar worden gedeeld, maar pensioenuitvoerders kunnen sneller pensioenen verhogen of verlagen. De wet zorgt er ook voor dat het persoonlijker en duidelijker is hoeveel pensioen is opgebouwd, hoeveel premie is betaald en het rendement ervan per persoon.  De premie die werknemers betalen komt op elke leeftijd ten gunste van hun eigen pensioen.

    Per 1 januari 2024 is iedereen van 18 jaar en ouder verplicht om mee te doen aan een bedrijfstakpensioenregeling. De rijksoverheid biedt meer achtergrond over deze wet.

  • Verplichte gedragscode Grensoverschrijdend gedrag

    Het kabinet wil een gedragscode en een verplichte vertrouwenspersoon op de werkvloer, om (seksueel) grensoverschrijdend gedrag te bestrijden. Momenteel is dit een actieprogramma en nog geen wetsvoorstel. Lees in het programma meer over de actielijnen die zijn uitgezet. Waarschijnlijk zal dit programma in 2024 niet meer voor wijzigingen zorgen.

  • Wijzigingen in Loonkostenvoordeel (LKV) per 2026

    Het Loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere medewerkers (56 jaar en ouder) wordt afgeschaft. Dit maakt het voor werkgevers minder aantrekkelijk om oudere medewerkers in dienst te nemen. Dit kan invloed hebben op de nog steeds krappe arbeidsmarkt.

 

Conclusie

Ook in 2024 worden een breed scala aan veranderingen doorgevoerd. Gelukkig hoef jij je daar bij Maqqie geen zorgen over te maken, want al deze veranderingen voeren wij voor je door. Wel zo makkie!

Wil je weten wat Maqqie voor jouw bedrijf kan betekenen?

Start vandaag nog met maqqie

Maak het jezelf makkelijk en regel online je contracten en uitbetalingen. Wij zorgen voor jouw medewerkers, jij kiest voor maximale vrijheid om te ondernemen. Ontdek hoe jouw personeels- en salarisadministratie sneller en beter kan. We helpen kosteloos bij de overstap indien nodig.